Saskia Peijnenburg van Abma Advocaten.
Saskia Peijnenburg van Abma Advocaten. (Foto: Els Broers)

Column Abma Advocaten: Beslag en erfrecht

Column

Beslagrecht levert altijd levendige casussen op, met vaak ook juridisch complexe vragen. Zo ook laatst: een schuldenaar belde ons kantoor omdat hij hulp nodig had. Er was beslag gelegd op ‘zijn erfenis’ en nu waren zijn ouders helemaal overstuur: zouden de ouders hun huis kwijtraken omdat hun zoon schulden heeft? Dat was dus het bijzondere in dit verhaal: de beide ouders leven nog! Maar ja, zoon zal (waarschijnlijk) wel ooit erfgenaam worden, dus hoe zit dat?  

De schuldeiser redeneerde heel simpel: het geld komt er vanzelf want de schuldenaar is kind van zijn ouders. Hij wordt dus ofwel volwaardig erfgenaam, dan wel – bij onterving – ‘krijgt’ hij een ‘kindsdeel’ (formeel legitieme portie en dat is kort gezegd de helft van zijn erfdeel). Kortom, het geld komt er toch wel in de toekomst en iets toekomstigs kun je ook in beslag nemen, toch? Nee, zo eenvoudig is het niet.  

Waar een kind recht op heeft of kan krijgen, is pas duidelijk wanneer de nalatenschap open valt. Een nalatenschap valt open bij overlijden van de erflater. Pas dan wordt bekeken wie de erfgenamen zijn. Stel dat de schuldenaar (zoon) op dat moment al is overleden, dan erft hij zelf helemaal niets. Zijn kinderen wellicht wel, maar dan via plaatsvervulling en dat is een hele andere regeling. En stel dat de schuldenaar is onterfd, dan kán hij aanspraak maken op zijn legitieme portie, maar dat is dan wel een persoonlijke keuze die ook een persoonlijke actie vereist. De legitieme portie is er niet ‘vanzelf’.  

Wat er derhalve gebeurt wanneer (de eerste) ouder overlijdt, staat nog helemaal niet vast. Daarom is het ook best logisch dat het kind zelf nog niet over zijn nalatenschap mag beschikken, totdat er een nalatenschap is. Met andere woorden, totdat de betreffende ouder daadwerkelijk is overleden. En als het kind zelf niet over zijn toekomstige nalatenschap (of legitieme portie) mag beschikken, dan is het ook meteen volstrekt logisch dat een schuldeiser dat ook niet kan. Het beslag is nietig en dat sprak de rechter in het kort geding dan ook uit. Eind goed al goed, de ouders kunnen weer in relatieve rust verder leven.  

Op deze casus zijn trouwens weer andere varianten te bedenken. Wat als vader is overleden, maar moeder nog niet. Dan zou er sprake kunnen zijn van een nalatenschap (en daarop is beslag zeker mogelijk), maar er kan ook een langstlevende constructie zijn waardoor het kind alleen maar een niet-opeisbare vordering krijgt. Die vordering kan dan in beslag worden genomen, maar dat beslag kan niet eerder worden uitgewonnen dan dat de schuldenaar zelf over die vordering had kunnen beschikken (doorgaans: bij overlijden of hertrouwen van de andere ouder).  

Het geeft maar weer eens aan hoe complex het beslagrecht kan zijn en hoe belangrijk het is om zorgvuldig te handelen waar het beslagrecht aan gaat. Heeft u vragen, Saskia Peijnenburg van Abma Advocaten is gespecialiseerd op het gebied van beslagrecht en staat zowel schuldeisers als schuldenaren bij.

Meer weten?

www.abma-advocaten.nl

0299-250363