Het team van Abma Advocaten.
Het team van Abma Advocaten. (Foto: Els Broers)

Het concurrentiebeding verder aan banden gelegd?

Column

Concurrentiebedingen komen in de meeste arbeidsovereenkomsten voor, in verschillende soorten en maten. Het doel van zo’n beding? Voorkomen dat een vertrekkende werknemer hetzelfde soort werk gaat doen bij een concurrerend bedrijf en daarmee dus met de bedrijfsgevoelige informatie van de werkgever een ‘gevaar’ vormt voor het bedrijf van de werkgever. De inhoud van dit beding kan in beginsel zelf worden bepaald. Maar, meer en meer bemoeit de wetgever zich met de inhoud van deze bedingen. Lang niet alles is (meer) toegestaan. 

Vanaf 1 januari 2015 geldt al het uitgangspunt dat een concurrentiebeding uitsluitend nog in een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd mag worden opgenomen. In arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd is een concurrentiebeding niet toegestaan, ténzij er sprake is van een zwaarwegend bedrijfsbelang dat ook expliciet is omschreven in de arbeidsovereenkomst. Van de werkgever wordt verlangd dat er een specifieke motivering wordt gegeven waaruit blijkt dat het beding noodzakelijk is vanwege zwaarwegende bedrijfs- of dienstbelangen aan de zijde van werkgever. Een standaard verhaal is hiervoor echt onvoldoende.


Ook indien er op een juiste schriftelijke wijze met een meerderjarige werknemer een concurrentiebeding in de arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd is overeengekomen, dan is dit nog geen vrijbrief voor de werkgever. Indien een beding niet beperkt is wat betreft de werkingssfeer (geografisch gebied) of tijd, zal dit beding doorgaans als onredelijk bezwarend door de rechter worden vernietigd of qua werking worden gematigd. Indien een werkgever actief is in een beperkt bedieningsgebied, zoals bijvoorbeeld de regio Waterland, dan is een beding dat aan de werknemer een verbod oplegt om in heel Nederland actief te zijn, te verstrekkend. De vraag hoe dit uitpakt bij een rechter kan lastig te zijn beantwoorden. Dit zorgt voor onzekerheid.

Wellicht komt hier verandering in als het Wetsvoorstel aanscherping concurrentiebeding wordt doorgevoerd dat nu ter internetconsulatie is aangeboden. Minister Van Gennip wil voorkomen dat werkgevers onnodig een beroep doen op een concurrentiebeding. De reden hiervoor is dat een grote groep werknemers, die gebonden is aan een concurrentiebeding, helemaal geen toegang heeft tot de bedrijfsgevoelige informatie die de werkgever wil beschermen. Een beroep op het concurrentiebeding wordt dan enkel ingegeven om te voorkomen dat personeel naar een concurrent vertrekt. Het concurrentiebeding is daarvoor niet bedoeld. Als dit voorstel daadwerkelijk wet wordt, dan komen er flink wat veranderingen! Welke veranderingen kunt u verwachten?

• Een concurrentiebeding kan maximaal één jaar effect hebben na het einde van de arbeidsovereenkomst.
• Het gebied waarin de werknemer niet mag werken vanwege het concurrentiebeding moet worden vermeld.
• Het zwaarwegende bedrijfs- of dienstbelang voor een concurrentiebeding moet worden gemotiveerd voor alle arbeidsovereenkomsten (dus niet alleen voor tijdelijke arbeidsovereenkomsten, zoals nu het geval is).

Zoals de plannen nu er uit zien zal een werkgever bovendien aan de werknemer een vergoeding moeten betalen wanneer de werkgever een beroep op het concurrentiebeding wil doen. Deze vergoeding bedraagt 50% van het laatstverdiende maandloon, voor elke maand dat het concurrentiebeding wordt ingeroepen. Wordt het beding bijvoorbeeld voor zes maanden ingeroepen, dan heeft de werknemer recht op een vergoeding van drie maanden loon. 

Ook zal nog worden verkend of concurrentiebedingen kunnen worden verboden tot een minimumsalarisgrens (1,5 modaal). Verwacht wordt dat in de zomer van 2024 een terugkoppeling van de verkenning aan de Tweede Kamer zal plaatsvinden. Zodra er nieuws is, melden wij u dat!

info@abma-advocaten.nl of 0299-250363